zondag 24 januari 2010

Een grotere kans op een hartinfarct voor vrouwen met diabetes en met een eerste graad familielid met een voorgeschiedenis van een hartinfarct.

Deze studie onderzocht de relatie tussen een positieve familiegeschiedenis voor hart- en vaatziekten en de kans op een hart- vaatziekte bij menopauzale vrouwen. Deze studie werd uitgevoerd in de zogenaamde ‘Women's Health Initiative Observational Study’, een studie waarbij 2642 vrouwen met diabetes, in de menopauze zonder hart- en vaatziekte in de voorgeschiedenis werden gevolgd. Onderscheid werd gemaakt tussen personen die wel of niet een eerste graad familielid hadden met een hartinfarct. Er werd gekeken naar het optreden van een hartinfarct, coronaire revascularisatie of overlijden door een hart- of vaatprobleem.

Wat bleek nu?
Gedurende een follow-up van 7,3 jaar kregen 14,3% een hart- en vaatziekte. Het risico van een hart- en vaat probleem bij vrouwen die een eerste graad familielid hadden met een hart- en vaatziekte, was 50% hoger (relatief risico van 1,5 met een 95% betrouwbaarheidsinterval: 1,2-1,9). Dat risico nam af als de deelnemers aan de studie tweemaal of vaker per week lichamelijke activiteit ondernamen (het relatief risico daarvan was 0,7 met 95% BI: 0,5-0,9).

De onderzoekers concluderen dat het hebben van een eerste graad familielid het risico op een hart- en vaatziekte groter maakt en dat vooral lichaamsbeweging moet worden gestimuleerd.

Family history of myocardial infarction predicts incident coronary heart disease in postmenopausal women with diabetes: the Women's Health Initiative Observational Study
R Li, MJ O'Sullivan, J Robinson, MM Safford, D Curb, KC Johnson.
Diabetes / Metabolism Reviews 2009; 25: 725-732

vrijdag 15 januari 2010

Nieuwe publicatie van de Hoorn Studie

De relatie tussen het HbA1c en de nuchtere en 2 uurs glucose waarden in de Nieuwe Hoorn Studie.
In de Nieuwe Hoorn Studie die in 2006 begon, hebben wij onder andere de bovenstaande relatie onderzocht. In de hele groep mensen was de relatie niet erg groot, maar bij mensen met diabetes was de relatie wel heel groot. Bij een HbA1c vanaf 5,8% ontdek je 72% van de mensen die diabetes hebben waarvan wij het niet weten. De diagnostische kenmerken vielen dus best tegen. Te meer omdat een werkgroep van 'wijze' mannen eerder had voorgesteld de glucose te vervangen met HbA1c.
Wel weer een mooie studie uit Hoorn!

van 't Riet E, Alssema M, Rijkelijkhuizen JM, Kostense PJ, Nijpels G, Dekker JM.
Relationship between A1C and glucose levels in the general Dutch population: the new Hoorn study.Diabetes Care. 2010 Jan;33(1):61-66

maandag 11 januari 2010

insuline behandelingen vergeleken

Het doel van de studie
Het doel van deze studie was veranderingen in beeld brengen die teweeg worden gebracht door een insuline behandeling bij type 2 diabetes patiënten.

De opzet van de studie
De opzet was een retrospectieve cohort studie uit een elektronische patiënten dossier met meer dan 9 miljoen patiënten in 35 staten van de VS. De database bevatte informatie van 2004 t/m 2008. Het betrof mensen die voornamelijk door huisartsen werden behandeld. De patiënten die in het onderzoek werden opgenomen, waren ouder dan 18 jaar en werden voor het eerst met insuline behandeld en daarna voor 6 maanden gevolgd. Er werd gekeken naar het verloop van de BMI en het HbA1c.
Verschillende soorten insuline werden meegenomen, snelwerkend insuline, mixed insuline en humaan of analoog langer werkende insuline.

Resultaten van de studie
Het HbA1c verschilde niet tussen de analoge insulines. De humane langer werkende insuline verlaagde het HbA1c minder. Bij detemir was de gewichtstoename minder dan van glargine en humane langer werkende insuline. Detemir liet een 0,1 reductie zien van de BMI, terwijl bij glargine de BMI steeg met 0,3 en bij humane langer werkende insuline met 0,1. De verschillen waren klein maar wel statistisch significant.

Kanttekeningen
Wel zijn er een aantal kanttekeningen te plaatsen. De diabetes patiënten tussen de detemir groep en de glargine groep waren op baseline niet helemaal vergelijkbaar, zo was de aanvang HbA1c hoger bij de glargine groep en de patiënten in de detemir groep waren vaker nooit eerder voor de diabetes behandeld. Bovendien waren er missende waarden in de database, wat tot een bias kan leiden en het aantal met detemir behandelde patiënten was veel kleiner dan in de glargine groep (n=308 versus n=6262). Tenslotte is niet gecorrigeerd voor de onwillekeurige selectie die dokters maken bij een keuze van een insuline soort.

Conclusie
Een voorzichtige conclusie kan zijn dat analoge insulines een beter HbA1c geven na 6 maanden behandeling en dat glargine meer gewichtstoename geeft dan detemir, al zijn de verschillen bescheiden.

C. McAdam-Marx, J. Bouchard, M. Aagren, R. Nelson, D. Brixner. Analysis of glycaemic control and weight change in patients initiated with human or analog insulin in an US ambulatory care setting. Diabetes, Obesity and Metabolism 12: 54–64, 2010.

zondag 10 januari 2010

Een meta-analyse naar de ontwikkeling van retinopathie in de afgelopen jaren, een studie van Wong en andere in Diabetes Care december 2009

In een meta-analyse keken Wong en andere naar de ontwikkeling van retinopathie in een periode tussen 1975 en 2008.

Men vond 28 studies met 27.120 patiënten en vonden een gepoolde incidentie van 11% voor proliferatieve retinopathie en 7% voor gezichtsvermogen verlies. Men zag dat de recentere studies lagere incidentie cijfers lieten zien.

In de periode 1975-1985 was de incidentie voor proliferatieve retinopathie 11,5% en voor ernstig gezichtsverlies 6% en in de periode 1986-2008 was dat respectievelijk 6,6% en 2,6%.

Het idee is dat type 2 diabetes patiënten strikter worden behandeld.

Psychosocial stress door werk verhoogt het risico op diabetes bij vrouwen; Diabetes Care dec 2009

In een artikel van Heraclides et al. wordt het effect van werk gerelateerde stress beschreven op het risico op het ontstaan van type 2 diabetes in de zogenaamde Whitehall II Study. Sommige studies laten geen verband zien en andere studies wel. Die studie hadden echter geen prospectief design, in tegenstelling tot deze beschreven studie.

De Whitehall study is eem cohort bestaande uit ambtenaren uit London die in 1985 startte en de deelnemers waren tussen de 35-55 jaar oud. Diabetes werd vastgesteld met een OGTT, en voor werk gerelateerde stress werd een gevalideerde vragenlijst gebruikt, de zogenaamde Job Strain Questionnaire.

Stress op het werk bleek alleen bij vrouwen type 2 diabetes te voorspellen (een relatief risico van 1,94) maar niet bij mannen. Het effect wat bij vrouwen werd gevonden bleef aanwezig na correctie voor allerlei andere risicofactoren voor diabetes zoals overgewicht, en opleidingsniveau.

vrijdag 1 januari 2010

Feestelijk ontbijt op 10 maart DOC Hoorn

Op 10 maart 2010 vindt vanaf half acht een feestelijk ontbijt plaats in het Diabetes Centrum in Hoorn.
De reden is dat de Hoorn-studie 20 jaar bestaat, en wij de ruimte naast het Diabetes Centrum bij het centrum gaan betrekken.
Het ontbijt wordt geopend door Prof. dr Lex Bouter, rector magnificus van de Vrije Universiteit Amsterdam. Daarna zal Mw. van Weel, wethoudster van de gemeente Hoorn, het belang van de Hoorn-studies voor de gemeente Hoorn en heel West-Friesland benadrukken.
Prof. dr Jacqueline Dekker zal een overzicht geven van alle onderzoek die in de loop van de tijd hebben plaatsgevonden.
Vele bedrijven zowel regionaal als nationaal zullen acte de presence geven.

Sociale netwerkinterventies ter preventie van overgewicht

In Obesity van oktober stond een interessant artikel over de rol van de sociale context.
“Exploiting Social Networks to Mitigate the Obesity Epidemic DB Bahr, RC Browning, HR Wyatt, JO Hill. Obesity (2009) 17, 723–728”

Men simuleerde met gebruikmaking van op sociale netwerken gebaseerde interactie modellen hoe obesitas zich verspreid langs de lijnen van het sociale netwerk. Het model voorspelt de effectiviteit van interventieprogramma’s die op netwerk interventies zijn gebaseerd.
Men liet in dit model zien dat gelijke BMI’s clusteren in groepen en dat sociale krachten deze groepen naar een hoger BMI sturen.
Men liet ook zien dat interventies die zijn gericht op vrienden van vrienden en gericht op de buitenranden van een netwerk effectief kunnen zijn. Het idee is dat de vriendenkring weer is omgeven door personen met een verkeerde leefstijl waardoor men toch weer makkelijk terugvalt in oud gedrag.

Het geeft aan dat wij nog weinig weten van netwerk interventies en op basis ook van dit artikel ben ik van mening dat het een belangrijk toepassingsgebied gaat worden.

start

Dit is mijn eerste blog bericht.
Benieuwd hoe het zal gaan en waar het stopt.

This is my first blog message.
Exciting to see where it ends.